Energie Introduktie

Werken met energie is wetenschap met andere bewijsmiddelen

In onze westerse maatschappij bestaat wetenschap voor het grootste deel uit toegepaste technologie op basis van een materialistisch idee van de werkelijkheid. Alleen datgene wat bewezen kan worden, herhaald, getest en dergelijke, overigens meestal alleen in een laboratorium omgeving, bestaat echt. Al het andere bestaat niet en is niet wetenschappelijk. Dit heet het materialistische wereldbeeld. Het woord materialistisch slaat op het feit dat het uitsluitend om materie gaat, stof dus waarvan het bestaan schijnbaar kan worden gezien en aangetoond.

Waar het echter naar mijn mening in wetenschap om gaat, ook in de zogenoemde materialistische wetenschapsbeoefening, is niet om de vraag of iets bestaat of niet in materialistische zin, maar om de bewijsregels die worden gehanteerd om het bestaan van iets te accepteren. Zo heeft het lang geduurd voordat krachten die niet gezien of gemeten konden worden werden geaccepteerd als echt bestaand! De bewijsregels bepalen of iets kan bestaan. Hoe vaak is niet gebleken dat een fenomeen dat volgens de bewijsregels niet kon bestaan uiteindelijk wel geaccepteerd moest worden. Iedere wetenschapper wéét dat een wetenschappelijke uitspraak altijd een voorlopig karakter heeft. Maar zo gedragen niet alle wetenschappers zich.

Ik ben van mening dat de materialistische wetenschapsbeoefening een prachtig hulpmiddel is op het gebied van de materie. De materialistische wetenschapsvisie heeft ons, naast een aantal bijzonder nijpende problemen, een ongelooflijke kwaliteit van dagelijks leven bezorgd. Er is geen twijfel aan dat ieder van ons hier in het westen comfortabeler leeft dan ieder van de koningen van weleer. Denk alleen maar aan de gezondheidszorg van een paar duizend jaar geleden, of zelfs maar 100 jaar geleden.

Maar in onze ijver om alleen datgene wat met materialistische bewijsregels als bestaand en echt is ook als wetenschap of zelfs als echt bestaand te aanvaarden, schieten we wellicht in eigen voet.

Dat begint in wezen al met wetenschap die niet op materialistische bewijsregels is gebaseerd, zoals rechten en in wezen alle wetenschap die met Alpha-wetenschap wordt aangeduid. Zo is er bijvoorbeeld geen enkel instrument dat het rechtvaardigheids- of juistheidsgehalte van een vonnis van een rechter kan bepalen. Maar toch weten we in de meeste gevallen wel wat juist en goed is. Dat is in materialistische zin niet wetenschappelijk, maar er is niet beter en wij doen het er maar mee. Toch kan niet gezegd worden dat deze kennisgebieden niet voldoen aan hoge maatstaven van rationaliteit en logica.

Zo zijn er andere gebieden van kennis die al langer bestonden of opnieuw ontdekt zijn, die niet aan materialistische bewijsregels voldoen en die toch in hun toepassing werkend zijn. Dit is, denk ik, van groot belang: open staan voor de mogelijkheid van de acceptatie als iets werkend is, dus resultaat heeft, terwijl niet met materialistische bewijsmiddelen aangetoond kan worden dat het écht bestaat in materialistische zin. Dat valt niet mee, zo blijkt uit de wetenschapsgeschiedenis.

Ik ben tot de (voorlopige, d.w.z. op dit moment tot de) conclusie gekomen dat wetenschap vooral te maken heeft met acceptatie op redelijke gronden van ontwerpen die in een rationele benadering als werkend kunnen worden aanvaard. Voor de aanvaarding zijn bewijsregels nodig, maar die hoeven niet per se materialistisch van aard te zijn.

In het Boeddhisme geldt bijvoorbeeld dat als alle verlichte meesters verslag doen van een bepaalde ervaring, aangenomen mag worden dat deze ervaring reëel, werkelijk is, ook al kan die niet materialistisch wetenschappelijk worden bewezen.

Mijn eigen bijdrage bestaat in het ontvouwen van een wereldbeeld dat voor mij een hoge graad van coherentie heeft. Daarmee zeg ik niet dat het volledig juist, laat staan dat het het enige is. Ik geef het omdat het voor mij de wijze is waarop ik heb leren zien. Mogelijk kan het anderen ook helpen. Hierbij kan bedacht worden dat het feit dat wij ieder afzonderlijk uniek zijn in onze wordingsgeschiedenis meebrengt dat het pad dat ieder loopt dat ook is. In mijn ogen is er geen voorgeschreven collectieve weg mogelijk of denkbaar waarop de persoonlijke ontwikkeling plaats kan vinden. Dit is voor mij de reden waarom religie, in welke vorm dan ook, steeds minder aantrekkelijk is geworden. De problemen die met schaalvergroting en institutionalisering gepaard gaan leiden af van het individu en diens unieke ontwikkeling. Dat wil niet zeggen dat in alle stromingen niet een parel en diamant gevonden kan worden. De basisnoties van alle religies hebben die, afhankelijk van de persoonlijke smaak en voorkeur.

Mijn idee is dat ieder zijn eigen pad moet zoeken of zich door zijn eigen pad moet laten vinden. Daartoe zijn bereidheid en overgave wellicht de belangrijkste eigenschappen. De wil is vermoedelijk alleen maar een sta-in-de-weg. Op deze site wil ik u vertellen over delen van mijn pad, vooral vanuit een cognitief oogpunt. Dat laat zich via dit medium het beste presenteren. De verbinding op diepere niveaus kunt u zelf maken.

Observaties

Mijn belangrijkste observatie op het terrein van niet-materialistische wetenschapsbeoefening is dat ik zie wat wij werkelijkheid noemen kan worden onderverdeeld in vier onderdelen. Die zien er, met vaak allerlei verschillende benamingen als volgt uit.
Energetisch

Energetisch Mytisch Brein/mind Materie
God ziel geest materie
Atziluth Beriah Yetzirah Assiah
intuïtie sprookjes brein lichaam
essentie drive vorm omgeving
Alfa science Beta science

 

Ik heb hierboven deze indeling in vieren in een aantal verschillende stromingen genoemd. De eerste kolom is het algemene beeld, de tweede een christelijke notie. De derde geeft de indeling van Kabbala, de vierde een psychologische en de vijfde die van het enneagram. In wijsheidsleren komen deze niveaus steeds terug. De idee erachter is dat op elk van de niveaus ontwikkeling noodzakelijk is. Wij mensen zijn een organisch geheel van lichaam en geest, waarbij de een niet zonder de ander kan en ook de ontwikkeling idealiter gelijk op zou moeten gaan.

In mijn eigen proces heb ik een aantal onderwerpen bestudeerd die ook weer in dit schema passen.

4e niveau Sjamanisme en Non-dualisme
3e niveau Meditatie en Qi Gong
2e niveau Kabbala en Enneagram
1e niveau Feng Shui en Geopathie/Dowsing

 

Ik zal deze onderwerpen hieronder aanstippen in de omgekeerde volgorde, dus van beneden naar boven.

Het 1e niveau

De Chinese wijsheid onderscheidt 3 soorten geluk: Hemels geluk, menselijk geluk en omgevingsgeluk.

Hemels geluk is wat een mens bij zijn geboorte meekrijgt. Hij heeft hierop geen invloed.

Menselijk geluk is wat hij gedurende zijn leven ervan maakt. Hij kan kiezen het goed te doen of niet. Vrije wil speelt hier een rol. De mens heeft hierop enige invloed. Het vergt echter bijzondere en over het algemeen langdurige inspanning om hierin verandering te brengen.

Omgevingsgeluk is de invloed van de fysieke omgeving op het welbevinden. De omgeving kan letterlijk tégen zijn. Iedereen kent wel het gevoel dat je ergens binnen komt en “het voelt niet lekker”. Het voelt negatief. Stel dat iemand daarin jaren woont en leeft! Wat voor invloed denkt u dat zoiets heeft? Op het omgevingsgeluk heeft u maximale mogelijkheden van input.

De idee achter Feng Shui en Dowsing is dat de omgeving zo gemaakt kan worden dat deze maximale steun biedt voor welbevinden en aan de ontwikkeling van de hoger liggende niveaus. Dit zijn als het ware basisvoorwaarden waaraan voldaan moet worden willen deze tot ontwikkeling kunnen komen.

Het 2e niveau.

Kabbala en Enneagram zijn typische voorbeelden van ontwikkelingsstrategieën van het niveau van de menselijke geest. Zij bevinden zich in de wereld van Yetzirah, de wereld van de vorm. Dit is ook de wereld waarin psychologie en psychotherapie zich bevinden, waar cognitie de boventoon voert. Het is de wereld waarin constructionistische modellen de wereld intellectueel begrijpelijk(er) maken. Hier bevindt zich het merendeel van onze wetenschappelijke kennis. De wereldreligies bevinden zich, hoewel ze afkomstig zijn uit één niveau hoger, hier inmiddels ook. Kabbala en religies verwijzen wel naar het hoogste niveau, maar hun uitwerking vindt hier plaats. Over enneagram vindt u elders op deze site onder enneagram uitgebreide informatie en een boek dat door mij is geschreven.

Het 3e niveau

Het 3e niveau is het mythische niveau van sprookjes, van de Grote Verhalen, van de gelijkenissen van Jezus, van de Boeddha. Dit is het niveau waar de gewone logica niet meer zo werkt. Ik deel daar meditatie is al zijn mogelijke vormen in. Meditatie gaat het brein voorbij. Voor Qi Gong geldt in zekere zin hetzelfde. Het is, met andere gelijkwaardige vormen, een fysieke meditatievorm die verschillende niveaus verbindt, waarvan het hoogste het 3e niveau is.

Het 4e niveau

Dit is het niveau waar woorden het niet meer doen. In wezen is wat hier gebeurt alleen in flitsen te “zien”. Het is het gebied waar alleen Goddelijke Energie is. In de sjamanistische traditie is dit de plaats waar processen als Vuurceremonie, Depacho, Illuminatie, Soul Retrieval en Extractie werken. In deze traditie wordt gezegd dat alleen op dat niveau de werkelijke verandering mogelijk is, juist omdat dit het niveau is dat alles eronder beheerst en informeert.

De top van Atziluth, de Kether van Atziluth, het niveau van de Ein Sof, is in mijn ogen ook het niveau van non-dualisme, eigenlijk beter het niet-twee. In non-dualisme is alles één, een tegenwoordig lichtvaardig en veel misbruikte term. Het non-dualisme bestaat zowel in het Oosten als in het Westen, hoewel op dit moment de Oostelijke variant van de Advaita Vedanta de meeste bekendheid geniet door levende leraren die gerealiseerd zijn en het non-dualisme belichamen. Beroemde voorbeelden uit de vorige eeuw zijn Ramana Maharshi, Krishna Menon en Nisargadatta Maharaj. Levende leraren van dit moment zijn er velen. In het boek Back to the Truth: 5000 years of Advaita van Dennis Waite worden wereldwijd honderden namen genoemd van levende leraren met hun “afstammingslijnen”.

Ook in de christelijke traditie zitten sterke trekken van non-dualisme. Middeleeuwse mystici als Theresa van Avila, Ruusbrouck en Johannes van het Kruis zijn duidelijke voorbeelden van christelijke non-dualisten. Maar Jezus kan ook zo gezien worden en het evangelie van Thomas is in een non-dualistische visie begrijpelijker te lezen. Hierover is recentelijk een boek verschenen: Charles Steur: Non-dualistisch Christendom, (2012 uitg. Elikser) Hierin laat de schrijver aan de hand van vele teksten zien dat Jezus als non-dualistisch mysticus kan worden gezien. In alle godsdiensten is het element van non-dualisme, soms heel verborgen, terug te vinden. Een dichter als Rumi, geworteld in de Moslimtraditie van de Sufi is bijvoorbeeld non-dualistisch.

Wat non-dualiteit voor het dagelijkse leven inhoudt laat zich misschien in één woord vatten: “Liefde”. Het begrip is een flits, maar de uitleg vergt vele bladzijden.

Ik heb mij de laatste 10 jaar intensief met enkele van deze gebieden bezig gehouden. Niet met alle even intensief, maar sommige wel heel diepgaand en andere voldoende om er mee te kunnen werken en er wat over te kunnen zeggen.

Ik heb een volledige training in sjamanistisch energiewerk gedaan met reizen naar Peru om bij de originele sjamanen te leren. Als u over sjamanisme verder wilt lezen kunt u hier klikken.

Een tweede terrein waar ik een opleiding in heb genoten is Feng Shui. Feng Shui is de Chinese energieleer die gaat over de energie van plaatsen, (huizen) mensen en tijden. Het is een cognitief zeer ingewikkeld en volkomen rationeel samenspel van regels die er toe moeten leiden dat het geluk dat de mens aan zijn omgeving behaalt wordt geoptimaliseerd. Meer weten? klik hier.

Een derde terrein waarin ik mij heb verdiept, heet geopatisch onderzoek. In het Engels heet dit Dowsing. Wat het is, is het raadplegen van kennis waar u normaliter niet bij kunt, maar met de juiste methoden en middelen wel toegang toe kunt krijgen. Als u meer over dowsing wilt weten klikt u hier.

De laatste vorm van energiewerk die ik hier noem en die ik heb bestudeerd is Qi Gong. Qi Gong is ook uit China afkomstig en vooral gericht op lichamelijk welzijn en welbevinden. Meer over Qi Gong treft u hier aan.

Het bijzondere van energiewerk lijkt na een aantal jaren te zijn dat het intuïtief gevoelig maakt. Tot mijn spijt valt dit moeilijk uit te leggen.